

30. Meester en voorzitter
Gert Bakker.
Ik ken hem als voorzitter van DSS-honkbal.
Hij staat zo trots als een pauw op de foto
tussen de spelers
van het legendarische kampioensteam van ‘66.
Een grote man in een net pak plus stropdas,
de haren strak naar achteren gekamd.
Een echte voorzitter dus.
Een vriend van me kende hem anders:
als meester van de St. Petrus Canisius-school
in de Indische buurt in Haarlem-Noord.
Hij herinnert zich hem nog goed
uit zijn jaar in de derde klas van de lagere school.
Meester Bakker zat op zo’n hoge lessenaar.
Daar lagen 3 tennisballen.
Als een leerling zat te praten
of dromerig uit het raam keek
gooide hij zo’n bal naar hem toe.
Hard en recht en bijna altijd raak.
Toen de vriend een jaartje of 12 was,
begreep hij waarom
meester Bakker zo goed kon gooien.
Hij gaf de leerlingen van de zesde klas
elke woensdagmiddag
honkballes op de velden van TYBB.
Gratis en voor niks.
Terug naar voorzitter Gert Bakker
Hij was geïnteresseerd, zeker in de jongeren.
Er viel zeker met hem te lachen,
maar als bestuurder
kon hij ook een strenge schoolmeester zijn.
Hij had een indrukwekkende vrouw, An heette ze.
Ze had lang, zwart haar en gouden oorbellen
en sprak met een zwaar Limburgs accent,
wat niet zo gek was,
want Gert had haar gevonden in Venlo.
An moedigde altijd luidkeels aan,
was tot in het verreveld verstaanbaar.
Maar dan ook woord voor woord.
Ze verzorgde de kleding van de teams.
Inclusief de toques! (zie week 16!)
Na een paar jaar verhuisden ze naar Limburg
An vond het toch een beetje te kil in het westen.
Maar ze kwamen elk jaar terug voor het
Hemelvaartsdag Tournooi, ooit door Gert bedacht.
Hij deelde dan de prijzen uit,
op zijn onvervalste Meester Bakker-wijze.
Op een slechte dag kwam er een onheilstijding uit Limburg.
Marcel, hun enigst kind,
was omgekomen bij een auto-ongeluk.
Een delegatie van DSS woonde de begrafenis bij.
Gert en An waren ontroostbaar.