

25. Gravel en gras
Met het eerste van DSS
spelen we onze thuiswedstrijden op echte honkbalvelden.
Eerst op het Badmintonpad,
later in het Pim Mulier Stadion.
De werpheuvel is pico bello, het gravel is geveegd,
het gras kortgeschoren, de lijnen witgekalkt,
de honken liggen vast
en er zijn ruime dug-outs
waar we veilig in kunnen zitten
Uit spelen we op voetbalvelden,
het gras twee kontjes hoog,
met kuilen als landmijnen;
in het slagperk sta je
in de voetafdrukken van je voorgangers,
de heuvel is een molshoop,
de lijnen zijn onzichtbaar,
de honken losliggende kussentjes
en er staan wankele, smalle banken
angstaanjagend dicht bij het slagperk.
Op het honkbalveld voelen we ons thuis.
We zijn verwend en winnen daar ook bijna alles.
Op de voetbalvelden
raken we nog weleens verstrikt
in de doelnetten die zijn blijven hangen
of verzwikken een enkel in een kuiltje.
In het stadion kan de bal niet verder rollen
dan tot het hek om het buitenveld heen.
Meestal te kort om een homerun te lopen.
Op het voetbalveld huppelt die eindeloos door,
tot ie in de bosjes rolt of in een sloot valt.
Dan kan je wel twee homeruns lopen.